Sportdranken zijn onlosmakelijk verbonden met ‘betere prestaties, sneller herstel, vochtregulering, kleefdruppels op je frame en resten in je bidon’. Alvorens je klakkeloos een sportdrank tot je neemt, is het interessant om het volgende kader eens tot je door te laten drin(k)gen.
Hypotone |
Een hypotone sportdrank bevat minder deeltjes dan het lichaamsvocht. Hierdoor kan de hypotone sportdrank zeer snel de maag verlaten. Een hypotone sportdrank is vooral zeer geschikt om voor en gedurende de training te gebruiken als dorstlesser. Gemiddeld bevat een hypotone sportdrank minder dan 4 gram koolhydraten per 100ml. |
Isotone |
Een Isotone sportdrank heeft ongeveer een gelijke concentratie deeltjes als het lichaamsvocht. Dit ligt tussen de 280 tot 320 millimol/l. Een Isotone sportdrank bevat gemiddeld 6-8 gram koolhydraten per 100ml. Een Isotone oplossing wordt o.a. ook in ziekenhuizen gebruikt als infuus om de watervoorraad in het lichaam op peil te houden. |
Hypertone | Een hypertone drank heeft een hoge concentratie opgeloste deeltjes. Als een drank meer dan 8 gram koolhydraten per 100ml bevat wordt deze hypertoon genoemd. Een hypertone drank blijft langer in de maag en wordt dus minder snel opgenomen dan bijvoorbeeld de hypotone en isotone sportdrank. |
Bron: KNWU trainersopleiding module Voeding en vocht
Volgende week: ‘volproppen met suikers, eiwitten of vetten?’